Interactieve inhoud
Hoofdstuk 8 | Taalhandeling | Opdracht 1 | Reageren op een discussiepartner | Situatie 5
Hoofdstuk 8 | Taalhandeling | Opdracht 1 | Reageren op een discussiepartner | Situatie 5
                                    Voltooingsvoorwaarden
                                    
            
                    
                                    
                                        
                                    
                                
                        
                                
                                     
                                
                    
            Situatie 5
Luister eerst naar de zin.
Hoe kun je reageren? Kies een reactie.
- Wat bedoel je precies? Vinden de kinderen school leuk of niet?
 - Kun je die uitspraak met argumenten onderbouwen? Ik denk dat iedereen iets kan doen.
 - Maar vind je niet dat je je afval moet scheiden?
 - Mag ik je even onderbreken? Ik ben er volgende week niet.
 - Nee, ik wil mijn verhaal graag even afmaken.
 - Weet je dat zeker? Ik heb vandaag nog een mail over het onderzoek gekregen.