1. Verbeter het functioneren van je team.
    1. Stel doelen op voor teamfunctioneren. In hoeverre is er sprake van een T-shaped team?
    2. Beschrijf hoe rollen, persoonlijkheden en verantwoordelijkheden in het team zich verhouden tot deze doelen.
    3. Evalueer de teamdoelen op frequente basis en stel ze bij aan de hand van de uitkomsten van die evaluaties. Welke doelen zijn al behaald en welke behoeven meer aandacht?
    4. Hou in een logboek bij hoe het team aan de doelen heeft gewerkt. Verwerk ook de evaluaties in dit logboek.
       
  2. Faciliteer een effectieve teamvergadering waarin ten minste de volgende elementen naar voren komen en evalueer elke stap:
      • doelen formuleren
      • teamrollen bepalen
      • te nemen of genomen stappen bepalen
      • stappen en taken afronden
      • documenteren en consensus bereiken over teambesluiten
      • volgende stappen plannen
      • de bijeenkomst gezamenlijk evalueren
          
  3. Evalueer het functioneren van alle interprofessionele teamleden door zelf- en peerassessment. Bespreek op een respectvolle manier de uitkomsten en geef elkaar opbouwende feedback.
    1. Welke feedback heb je gegeven en gekregen? Beschrijf ten minste drie concrete situaties.
    2. Welke overeenkomsten en verschillen zie je tussen je eigen assessment en dat ingevuld door een peer en hoe interpreteer je dat?
    3. Welke overeenkomsten en verschillen zie je tussen je eigen assessment, het assessment door een medestudent of professional, en het assessment door de cliënt en diens sociale netwerk? Heeft de cliënt of iemand uit diens sociale netwerk een andere beleving?
    4. Hoe ga je aan de slag met gegeven feedback?
       
  4. Geef en vraag frequent feedback over het functioneren in een team. Zorg ervoor dat je constructieve feedback geeft en niet alleen maar wijst op negatieve zaken. Maak gebruik van een ik-boodschap als je feedback geeft.
    1. Welke feedback heb jij gegeven en waarom? Welke ontwikkeling heb je daarna bij teamleden gezien? Beschrijf verschillende concrete voorbeelden, bijvoorbeeld middels de STARR-methode (Situatie, Taak, Actie, Resultaat, Reflectie).
    2. Welke feedback heb jij gekregen? Was je het eens met deze feedback en waarom wel of niet? Hoe ga je de feedback gebruiken in je eigen ontwikkeling tot een interprofessioneel teamlid? Beschrijf verschillende concrete voorbeelden, waaronder voorbeelden die je groei laten zien.

Laatste wijziging: dinsdag, 2 mei 2023, 14:25